Een wedstrijdvorm die in het algemeen goed werkt met een gemengd veld waarin ook beginnende golfers zitten. Het bevordert de snelheid in de baan. In Nederland één van de meest gespeelde spelvormen.
Bij Stableford gaat het om het scoren van punten op elke hole. Op grond van je handicap krijg je een aantal slagen ‘mee’, dat aantal is verschillend op de diverse golfbanen, maar voor elke golfbaan ligt het aantal slagen vast. De slagen die je op de OCL meekrijgt staan vermeld op de website in je eigen profiel, maar in de gang hangt ook een lijst waarop je dit aantal slagen kan opzoeken. Zo’n lijst hangt op alle golfclubs voor die golfbaan.
De par van een hole (3, 4 of 5) plus het aantal slagen dat je op die hole meekrijgt (0, 1 of 2), is het uitgangspunt van de telling. Stel, je krijgt op een par vier twee slagen extra, dan mag je er zes maken (uiteraard inclusief eventuele strafslagen) om 2 punten te verdienen. Maak je zeven slagen, dan heb je nog 1 punt, maak je er vijf, dan krijg je 3 punten, een vier, dan krijg je 4 punten etc. De snelheidswinst komt uit het feit dat je, als je niet meer kan scoren (in het voorbeeld, als je na zeven slagen nog niet hebt uitgeholed), je je bal oppakt. Zeker in een wedstrijd ga je dus niet nog even slaan, chippen of putten. Ook hoef je meestal niet meer te slaan als je je bal 2x achter elkaar in het water slaat, of out of bounds. Dat heeft meestal geen zin meer, een score is dan niet meer haalbaar.